Door talloze artistieke omzwervingen als literair vertaler, zanger, componist, dichter, presentator en schrijver van jeugdmusicals, is Kurt Vanhengel er op de een of andere manier in geslaagd om een halve carrière lang onder de radar te blijven van het grote publiek. Na meer dan 25 jaar schrijven in de anonimiteit, besluit de 48-jarige singer-songwriter met Limburgse roots dat het nu stilaan ‘fucking hoog tijd wordt’ om eens kleur te gaan bekennen. Dit doet hij met overwegend Franstalig werk onder de artiestennaam ‘Le Flamand’.

In samenwerking met producer Jean-Pierre Kerkhofs (Art Sound Recording Studio’s te Houthalen-Helchteren) en co-producer Eric Emael nam hij het afgelopen jaar in eigen beheer ‘La Route du Nord’ op: een debuutalbum met 11 nummers in het Frans en 1 nummer in het Spaans. Live ingespeeld door Rogier van Wegberg, Arnold van Dongen, Ronald Kool, Alfred Krauss, Carlo Ooms, Philippe Kerkhofs, en nog een sliert andere studiomuzikanten. Naast 10 zelfgeschreven chansons bevat dit album eveneens een vertaalde cover van het overbekende ‘De fanfare van honger en dorst’. Toen de Gentse bard Lieven Tavernier als rechthebbende auteur de demo van ‘La fanfare de famine’ in zijn mailbox kreeg met de vraag of hij hier artistiek mee kon leven, stuurde hij het nummer prompt door naar Radio 1, waar het op 19 januari 2019 in het programma ‘Allez Allez’ opgepikt werd door Wouter Matelin. En als rechthebbende van wijlen Herman de Coninck, reageerde ook Kristien Hemmerechts  op haar beurt positief op de vertaling en muzikale bewerking van diens gedicht ‘Port-Cros, avond’, bestemd voor hetzelfde album.

Een voorzichtige zoektocht begon naar mogelijk geïnteresseerde labels. Zo belandde ‘La Route du Nord’ eveneens in de mailbox van Jan Hoozee, A&R – verantwoordelijke van Zephyrus en organisator van de Gentse Feesten.  Beide heren spraken enkele weken later op een mooie lentedag af op het terras van Café Trefpunt. Onderwerp van gesprek: een eventueel debuut op de Gentse Feesten. Dat debuut is bij deze een feit. Maar begeleid door vier ervaren rotten in het vak, debuteert ‘Le Flamand’ er alleszins niet als beginneling. Samen met Eric Davids (toetsen), Ralf Demandt (gitaar), Michaël Boonen (bas) en de accordeonmuze Jolien Wils, serveert hij u een eigenzinnige mix van pop, folk en klassiek chanson. Zingend over de schoonheid van lege stations, de ‘overtolligheid van oude dijken’. Over koolzaad dat bloeit tussen grauwe industrie. Over ‘eenzaamheid die passeert als een oude vriend’ of ‘het vluchtige leven dat op straat naar ons fluit, gewoonweg om geleefd te worden’…